‘Jullie zijn net engelen’. Ik heb het de laatste maanden regelmatig gehoord uit de mond van een lieve vrouw op mijn woongroep. Ik breng haar naar bed ’s avonds en smeer haar jeukende huid in. Ze geniet er van. ‘Wat heb jij heerlijke harde handen’, zegt ze, ‘je doet dit werk al langer als vandaag zeker?’ Ik glimlach en beaam dat dit inderdaad zo is. Al bijna dertig jaar zit ik nu in het vak en het lijkt of ik steeds meer van ze gaat houden, van de oudere medemens. Zo’n twee generaties ouder dan ikzelf ben, nu zachtjesaan richting de vijftig (phoeee, dat klinkt toch oud zeg als ik dit over mezelf schrijf….). De mensen op onze woongroep zijn bijna allemaal rond de negentig. Over relativeren gesproken. Da’s pas echt oud! En juist dat intrigeert mij. Deze grijs geworden generatie met hun verhalen, hun verleden, hun authentieke eigenheid. Wat hou ik van ze.
Voor haar zijn we ‘engelen’ en dat houden we dan ook maar zo.
Zet enkele ouderen in een groepje bij me neer en direct roert er iets van binnen in mij waardoor ik ze wil beschermen, het allerbeste in hen naar boven wil halen, ze wil tegemoetkomen, hun wat mindere momenten met een grapje en een kwinkslag proberen om te buigen en hen een zo goed mogelijke oude dag wil bezorgen.
Neem nou deze dame waar ik het zojuist over had! Het leuke is dat ze ons echt ziet als ‘engeltjes’ zoals ze zich ook weleens uitdrukt in de verkleinvorm naar ons toe. Ze is tenslotte bijna 94 en wij zo piepjong nog in haar ogen. Haar wijsheid draagt ze als een onzichtbare sluier met zich mee, opgebouwd door zoveel jaren van hard werken, kinderen opvoeden, de watersnoodramp overleven, de oorlogsjaren meemaken. Wat een verhalen leven er in haar hoofd en in haar hart.
En ze blijft zich maar verwonderen dat, zodra ze uit haar bed schuifelt en ze op de postoel wil gaan zitten, er dan direct een zuster aankomt. ‘Hoe kan dat toch?’ roept ze verwonderd uit, ‘ik kom m’n bed uit en ik zit nog niet op die stoel of jullie zijn er al gelijk weer!’. Ik heb hier allicht een binnenpretje over omdat het gewoonweg te danken is aan de genereuze systemen van deze tijd, die sensors heten. Bedoeld voor mensen die net een handje geholpen moeten worden omdat ze anders mogelijk zouden vallen. Voor haar zijn we ‘engelen’ en dat houden we dan ook maar zo. Toch prachtig als je zo genoemd wordt in de zorg? Er zou eigenlijk maar één keurmerk hoeven te zijn: ben je een engel of ben je het niet!
In mijn blogs wil ik jullie meenemen naar mijn woongroep waar ik al sinds jaar en dag mijn talenten gebruik om deze generatie ouderen te begeleiden en ze een mooie oude dag te bezorgen door als een engel voor hen te zijn!
Wat heb je het weer mooi verwoord Maria! En ja, jullie zijn engelen....beschermengelen In allerlei zinnen !